Om psychische problematieken te diagnosticeren, gebruiken hulpverleners veelal de dsm-5 of Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, Fifth Edition, een handboek dat wordt uitgegeven door de American Psychiatric Association. In Psychodiagnostiek anders bekeken stelt psychoanalyticus Stijn Vanheule dat de wetenschappelijke waarde van de dsm-5 echter sterk wordt overschat. De idee dat de dsm-5 een betrouwbaar diagnostisch instrument zou zijn, berust op een vertekende interpretatie van statistische gegevens. Bovendien leidt het instrument tot een enge kijk op psychische problemen. De dsm-5 houdt vast aan een strikt biomedische benadering en brengt niet in rekening hoe allerlei context- en belevingsfactoren mee vorm geven aan psychische klachten en symptomen. Vanuit de fenomenologische psychiatrie en de lacaniaanse psychoanalyse geeft de auteur aan hoe het anders kan. Daartoe stelt hij een kwalitatieve casusgerichte diagnostiek voor, die streeft naar goede reflexiviteit, betrouwbaarheid en validiteit binnen het diagnostisch proces.