May-May Meijer kreeg in 2006 haar eerste psychose. Ze werkte destijds als universitair docent bij de werkgroep Filantropie aan de Vrije Universiteit. In eerste instantie wist ze niet wat er aan de hand was en herkende ze de symptomen van psychose niet. Ze schaamde zich vooral erg voor het feit dat ze haar werk steeds minder goed kon doen.
In de aanloop naar haar eerste psychose werd May-May steeds achterdochtiger en kreeg veel last van concentratieproblemen: “Ik begon wat er in de krant stond op mezelf te betrekken. Ik kreeg het idee dat de AIVD achter me aan zat en me via de krant probeerde te chanteren. Ook had ik moeite om de kleinste dingen te doen. We gingen bijvoorbeeld op vakantie en ik moest mijn koffer inpakken, maar ik kon me gewoon niet concentreren. Het kostte me zoveel energie. Eigenlijk was ik toen al heel ziek maar ik had het niet door. Ik dacht alleen maar ‘hè waarom kan ik die koffer nou niet inpakken?”
Toen May-May uiteindelijk toch bij de huisarts kwam, kreeg ze medicijnen. De psychose nam weliswaar af, maar een periode volgde waarin ze nauwelijks nog kon nadenken, kilo’s aankwam en erg weinig energie had.
In gesprek met haar psychiater was het steeds de discussie of dit nu bijwerkingen van de medicatie waren, of symptomen van ziekte
May-May voelde dat het voor een groot deel echt aan de medicijnen lag, maar daar vond ze geen gehoor voor: “Ik heb voor mijn gevoel echt heel lang strijd moeten leveren. Soms werd er wel eens gezegd dat het misschien wel aan de medicijnen kon liggen, maar meestal zei men ‘ ja het ligt gewoon aan de ziekte, slik die medicijnen nou maar en klaar’. Dat maakte het voor mij heel moeilijk en zwaar, want ik voelde dat het écht voor een groot deel aan die medicijnen lag. Dat maakte het ook heel moeilijk om het vol te houden, omdat ik het gevoel had dat ik mijn verhaal niet kwijt kon.’
De artsen vonden het beter dat ze haar medicijnen bleef slikken, maar stemden er op een gegeven moment mee in dat ze met haar medicatie zou stoppen. Dat deed ze vervolgens ook.
Zonder advies over afbouwen stopte May-May met haar medicatie en werd hierna zo ziek dat ze gedwongen moest worden opgenomen
“Nu heb ik een arts waarbij we echt samen werken. Ik heb voor het eerst het gevoel dat ik er iets over te zeggen heb. We zoeken nu echt samen naar de balans tussen niet weer ziek worden en niet te veel bijwerkingen. Dat is wel een proces van jaren geweest. Inmiddels voel ik zelf ook veel beter aan wanneer ik weer wat meer medicatie nodig heb, of wanneer het juist mogelijk is om weer wat af te bouwen. Altijd in overleg met mijn arts. Met mijn eerste psychiater was dat natuurlijk veel lastiger, want toen vond ik überhaupt dat ik niet ziek was.”
In onderstaande video vertelt May-May verder over haar ervaringen met psychose en de hulpverlening en geeft ze tips aan (toekomstige) hulpverleners
May-May Meijer is voorzitter van Peace SOS, een jong en veelzijdig initiatief dat zich met hart en ziel in zet voor vrede, mensenrechten en het bestrijden van armoede. In 2006 kreeg ze haar eerste psychose, later volgde een gedwongen opname van zes maanden waarover ze onder het pseudoniem Yasmin Vermeer het boek Een ongeluk in mijn hoofd schreef.
Deze video werd oorspronkelijk gemaakt voor onderwijsdoeleinden van geneeskunde studenten en gepubliceerd op psychosenet.nl
Reacties: