Vraag
Beste
Mijn tante benam zich gisteren van het leven. Ze leed al heel lange tijd aan een depressie en kampte met diepe angsten.
Haar kleinkinderen zijn tussen de 15 en 6 jaar oud. Wat kan u aanraden om aan deze kinderen te vertellen? Wat met de complexiteit als de oudste al meer zou weten of eerder het hele verhaal hoort en dan het gewicht van een soort geheimhouding mee moet dragen t.a.v. de jongste? Ik ga er meestal van uit dat ook kinderen en jongeren met erg complexe gevoelens om kunnen gaan en meer hebben aan eerlijkheid, transparantie van volwassenen dan aan (over)bescherming.
Maar ik hoorde vorig jaar via de TéGek-voorstelling de getuigenis van Eline Demuynck over de zelfdoding van haar grootmoeder en hoe dat bij haar, nu meer dan 30 jaar oud, nog steeds voor zeer verwarrende gevoelens zorgt.
Dank voor uw antwoord.
Antwoord
Beste
Ik hoop dat het ondertussen met jullie goed gaat.
Zelfmoord in de familie is altijd ingrijpend, pijnlijk en verwarrend. Het is vaak iets dat ons niet loslaat, ook jaren later niet. Het blijft vragen oproepen. Het blijft knagen. Het blijft zeuren.
Het is daarbij inderdaad een belangrijke verantwoordelijkheid van volwassenen om naar de kinderen toe zorgzaam met informatie om te springen. We willen -rekening houdend met de leeftijd en de draagkracht van de kinderen- zoveel mogelijk open zijn over wat er gebeurd is. Meestal is volledige openheid echter niet aangewezen. Onder andere uit eerbied voor diegene die een eind aan zijn/haar leven maakte moeten we zorgvuldig spreken en zoveel mogelijk de waardigheid en de menselijkheid van de persoon centraal stellen. Het is meestal niet nodig dat kinderen alles tot in het kleinste detail weten.
Verder is het ook zo dat we niet enkel iets moeten vertellen aan onze kinderen. We moeten eerst en vooral zorgvuldig naar hen luisteren. En voor alle duidelijkheid, het gaat hier niet enkel over wat ze zeggen, maar ook over wat ze tonen en over wat je als ouder aanvoelt. We moeten dus aanwezig zijn bij de kinderen, de kinderen tijd geven en goed luisteren: met onze oren, met onze ogen en met ons hart. Wat houdt hen bezig? Welke vragen hebben ze? Wat hebben ze nodig om verder te kunnen? Zitten ze met iets waarover ze niet kunnen spreken? Wat kan ik vertellen dat zoveel mogelijk aansluit bij hetgeen ze niet kunnen zeggen?
Dit zijn natuurlijk geen gemakkelijke vragen. Maar het zijn wel de vragen die we ons moeten stellen. Wat helpt is vaak om je te realiseren dat je niet op zoek moet gaan naar het definitieve antwoord op deze vragen maar dat het voldoende is voorlopige antwoorden te geven en verder aanwezig te blijven bij hen en verder te luisteren. Dat is de belangrijkste boodschap voor het kind: \"misschien kan je nu nog moeilijk zeggen waar je mee zit, maar ik ben er, ik ben bereid te luisteren, en zelfs als je het nog niet gezegd krijgt probeer ik het zo goed mogelijk te begrijpen.\"
Hetgeen wij als volwassenen vertellen moet zoveel mogelijk aansluiten bij de zorgen, de angsten en de bekommernissen van het kind. En ja, zoals gezegd zal dat van kind tot kind verschillend zijn al naargelang hun leeftijd, hun relatie met diegene die zelfmoord pleegde, hun eigen leven, enz.
Maar we willen niet liegen noch onnodig geheimen creëren. Kind per kind moeten we de kwetsbaarheid van het kind afwegen tegenover onze wens om open te zijn. Wellicht betekent dat ook dat je aan een kind van 8 bijvoorbeeld iets anders vertelt dan aan een kind van 12. Verder is het ook zo dat binnen vier jaar (het kind van 8 is ondertussen 12 geworden) het kind mogelijk nieuwe vragen heeft en dat je bereid moet blijven naar die vragen te luisteren (en die te zien of aan te voelen als het kind ze niet duidelijk kan formuleren). Je moet dus een soort van dialogisch kanaal open houden zodat het kind voelt dat je open staat voor vragen. Dat kan je onder andere doen door nu en dan zelf -in sympathie- iets te vertellen over diegene die zich gezelfmoord heeft of over je eigen gevoelens in dat verband.
Ik hoop dat deze aanbevelingen nuttig voor jullie zijn, R. Nogmaals mijn excuses voor mijn erg late antwoord.
Met vriendelijke groeten,
Peter
Beantwoord door: Peter Rober op 6 mei 2020