Main content

Brenda Froyen is auteur en leerkracht Nederlands. Ze zet zich al 10 jaar in voor een meer humane geestelijke gezondheidszorg.

Als activiste wil Brenda Froyen mistoestanden in de geestelijke gezondheidszorg stoppen. Samen met alle betrokkenen, cliënten, hulpverleners, familie/context ijvert ze voor een goede geestelijke gezondheidszorg die begint met de eenvoudige vraag: ‘Hoe kan ik je helpen?’ Deze blogt verduidelijkt alvast.

Afzondering was even nodig

Nooit had ik gedacht dat het me opnieuw zou overkomen. De psychose, en al zeker niet de onmenselijke behandeling, maar precies 11 jaar later, na mijn postpartum psychose, gebeurde het weer. Aanvankelijk kwam ik terecht in een ziekenhuis waar ik erg goed onthaald werd. Er werd naar me geluisterd, naar mijn wanen, mijn angsten. Afzondering was even nodig, omdat ik ’s nachts steeds opnieuw de kamers van andere patiënten binnenliep, in de veronderstelling dat ze familieleden van me waren. Die afzondering was niet traumatiserend. Er kwamen geregeld verpleegkundigen kijken, het duurde zo kort als nodig en achteraf volgde een gesprek waarom ze even voor ‘kamerverpleging’ hadden gekozen. Ik ging na een week opname weer naar huis. Al heel wat beter. Dat bleef zo in de daarop volgende weken, tot ik ergens midden augustus te horen kregen op mijn werk dat mijn contract niet verlengd zou worden. Nog maar net hersteld, was dat de trigger die opnieuw de psychose deed opflakkeren.

Hardhandig in de isoleercel

Via spoed kwam ik terecht op een PAAZ afdeling. Ik kreeg er een kamer toegewezen, daar moest ik in blijven. Ruimte of tijd voor een gesprek werd er niet gemaakt. Medicatie was er wel. Toen ik die weigerde, werd ik hardhandig naar de isoleercel gebracht. Het was tien uur ’s avonds. Ik dijkte meteen in, in de hoop dat de afzondering maximum een uurtje zou duren. Ik duwde herhaaldelijk op de bel, toen ze maar niet terugkeerden.  De bel werd uitgeschakeld. Om half drie ’s nachts kwamen ze nog even langs. Ik smeekte of ik eruit mocht. Ik kreeg een extra inspuiting Temesta en een gesloten deur als antwoord. Pas veertien uur later mocht ik de afzonderingskamer en het ziekenhuis verlaten. ‘Afzondering is nodig, morgenvroeg herevalueren,’ had er in het verplegingsverslag gestaan. Ze hadden blijkbaar nooit de intentie gehad om na een uurtje al uit de isoleerkamer te halen.

Fixeren om rust te vinden?

De zoektocht naar goede zorg bleef hobbelig verlopen. Enkele weken later kwam ik zo via spoed in, opnieuw een ander, ziekenhuis terecht. Ik was niet agressief, wel opgejaagd van het lange wachten op de spoedafdeling. En ik had wat graag een gesprek met iemand. Bij aankomst kreeg ik de keuze: in de comfortroom én medicatie nemen of de isoleercel. Ik wilde geen van beiden, ik wilde gewoon even met iemand praten. Er werd voor mij gekozen. Vier dagen lang werd ik opgesloten, waarvan 20 uur gefixeerd. ‘We fixeren opdat de patiënte zo haar rust kan vinden,’ stond er in het verplegingsverslag. Welke normale mens vindt er rust wanneer hij vastgebonden wordt? Hoezo wordt dan dat van iemand verwacht in een psychose?

Er was alleen medicatie en volstrekte eenzaamheid

Op 96 uur tijd heeft geen enkele verpleegkundige, geen enkele dokter de moeite gedaan om één belangrijke vraag te stellen: ‘Hoe kunnen we je helpen?’ Er was alleen medicatie en een volstrekte eenzaamheid. Na vier dagen mocht ik, na een uitspraak van de vrederechter, naar huis. Ik verliet het ziekenhuis meteen. Ik had me niet geholpen gevoeld, meer nog, ik was getraumatiseerd door wat me was overkomen.

Intussen heb ik ettelijke sessies bij twee verschillende psychologen gehad om te verwerken wat er in de afzonderingskamers van beide ziekenhuizen is gebeurd. Ik kan het nog steeds niet vatten, wat mensen ertoe drijft iemand in nood zo te behandelen. Ik heb contact opgenomen met de ombudsdiensten van beide ziekenhuizen. In het ene ziekenhuis nam de ombudsdienst niet eens de moeite om me terug te contacteren. In het andere ziekenhuis ging de ombudsvrouw tot het uiterste om een afspraak te regelen met de betrokken psychiater. Hij weigerde een gesprek met me, en daarmee was voor hem de kous af.

Activiste voor een meer humane geestelijke gezondheidszorg

Het leek alsof ik ermee moest leren leven dat dit me overkomen was, aanvaarden dat zulke praktijken in onze geestelijke gezondheidszorg, 11 jaar na datum, nog steeds gebeuren. Tot ik een bericht kreeg van de politie. Een van de ziekenhuizen had me, nadat ik een Facebookpost over hun onmenselijke behandeling had geschreven, aangeklaagd wegens laster en eerroof. Toen pas kwam ik op het idee dat ook ik, van mijn kant, klacht kon indienen tegen beide ziekenhuizen. Een medische fout? Of, de vele blauwe plekken indachtig, opzettelijke slagen en verwondingen? Beide klachten zijn nu op weg naar het parket. Wachten op antwoord doe ik niet. Ik heb intussen ook verder klacht ingediend bij de zorginspectie én ik heb contact opgenomen met de advocate waar ik jaren geleden ook advies bij had ingewonnen. 11 jaar geleden vertelde ze me nog dat ik, als psychiatrisch patiënt, geen schijn van kans had, dat ik beter een boek kon schrijven. Dat heb ik gedaan. Van ‘Kortsluiting in mijn hoofd’ zijn bijna 10.000 exemplaren verkocht en het zette me op de kaart als activiste voor een meer humane geestelijke gezondheidszorg.

Tijd voor verandering

De situatie is nu anders dan toen. Er is meer aandacht voor onrecht, denk aan de metoo-beweging en black lives matter, én er is ook meer openheid rond mentale gezondheid. Samen met mijn advocate ben ik mijn klacht aan het voorbereiden maar de kans is reëel dat er deze keer wel een zaak van komt. En die zaak is broodnodig, want ze is geen alleenstaand feit. Ik richtte begin juli het meldpunt stopdewaanzin2024@gmail.com op, waar intussen al meer dan 200 gelijkaardige verhalen naar gemaild werden. Jaren, decennia, of ja zelfs eeuwen, zijn er in naam van ‘normaliteit’ waanzinnige praktijken gebeurd, van lobotomie tot afzondering en fixatie. Omdat het ‘waanzinnigen’ waren, werd niet naar hen en hun trauma’s geluisterd. Het is tijd, tijd voor verandering. De geestelijke gezondheidszorg mag geen plek zijn waar nog meer trauma’s opgelopen worden. Het moet, zoals ik twee keer wél heb mogen ervaren, een plek zijn waar je oprecht geholpen wordt, waar er naar jou en je familie geluisterd wordt, waar je niet behandeld wordt als een ‘mindere’, maar als een mens in nood.

Gezamenlijk signaal

Naast het meldpunt, startte ik ook een crowdfunding. Ik wil immers niet alleen met mijn verhaal naar buiten komen, maar met dat van al die andere mensen, die niet de kracht noch de financiële middelen hebben om dit grote onrecht aan te klagen. Intussen staat de teller op iets meer dan 8000 Euro. Het doet me plezier om te zien dat ook hulpverleners mijn actie steunen, want dit is geen wij versus zij verhaal, geen patiënten versus hulpverleners. Dit is een gezamenlijk signaal om aan te geven dat een humane én goede geestelijke gezondheidszorg een recht is voor elke kwetsbare mens. Een gezondheidszorg die begint met de eenvoudige vraag: ‘Hoe kan ik je helpen?’


Storten kan nog steeds op https://steunactie.be/actie/mistoestanden-in-de-geestelijke-gezondheidszorg/-40108.

Verhalen over mistoestanden of vormen van discriminatie kunnen gemaild worden naar stopdewaanzin2024@gmail.com.

 

  • Deel deze pagina:

Reacties:

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *