Suncica Lauc, een masterstudent aan de Katholieke Universiteit Leuven onderzoekt het verband tussen trauma en psychose om tot betere behandeling te komen.
Suncica maakt deel uit van het team Centrum voor Contextuele Psychiatrie onder leiding van Professor Inez Germeys. Het team verzorgt regelmatig een blog over nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap op het gebied van psychiatrie in het algemeen en psychose in het bijzonder.
Belangrijke vragen blijven een uitdaging
De meeste mensen begrijpen intuïtief dat de context waarin mensen zijn opgegroeid en de ongunstige levensomstandigheden die zij hebben meegemaakt, van invloed zijn op hun geestelijke gezondheid. Hoe leidt een specifieke gebeurtenis tot een klinische diagnose? En waarom zijn de duidelijke gevolgen van traumatische gebeurtenissen alleen zichtbaar bij sommige mensen?
Meer trauma bij psychosegevoelige mensen
Het is moeilijk om aan te tonen dat negatieve levensgebeurtenissen tijdens de jonge jaren direct verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van psychische stoornissen. Dat komt onder andere omdat het ethisch onverantwoord zou zijn om een groep kinderen bloot te stellen aan jeugdtrauma’s en op die manier direct onderzoek naar oorzaak-gevolgrelaties onmogelijk is. Wat onderzoek echter wel kan doen is kijken of personen met, bijvoorbeeld, een psychotische ervaring over het algemeen meer traumatische ervaringen hebben meegemaakt dan de rest van de bevolking. Dit is het geval, lijkt tot nu toe de consensus te zijn. Bovendien zouden de symptomen vaker ernstiger zijn naarmate men meer traumatische ervaringen heeft doorgemaakt.
Specifiek trauma, specifieke psychosesymptomen?
De mate waarin onze levenservaringen onze mentale gezondheid als volwassene vormgeven werd aangetoond door bijvoorbeeld onderzoek dat liet zien dat specifieke negatieve ervaringen verband houden met specifieke psychosesymptomen, nl. denkstoornissen, auditieve hallucinaties en achtervolgingswanen.
Denkstoornissen
Een denkstoornis is een verzamelnaam voor verschillende stoornissen in cognitie en communicatie die voorkomen bij patiënten met een psychose (maar ook bij andere stoornissen) waardoor hun spraak moeilijk te volgen en te begrijpen is. Ze hebben bijvoorbeeld moeite om bij het onderwerp van het gesprek te blijven of herhalen bepaalde woorden of ideeën vaak. Hoewel denkstoornissen een genetische component lijken te hebben, tonen studies met adoptiegezinnen aan dat het niet alleen om genen draait.
Auditieve hallucinaties
Een ander meer bekend symptoom van psychose zijn auditieve hallucinaties (bv. stemmen horen). Onderzoek liet zien dat er een verband is tussen seksueel misbruik in de kindertijd en hallucinaties. Bovendien lijkt deze relatie symptoomspecifiek, aangezien seksueel misbruik in de kindertijd niet gerelateerd was aan wanen in dit onderzoek. Eén van de verklaringen voor dit verband is dat sommige mensen op trauma reageren met dissociatie. Een andere studie vond ook dat dissociatie hallucinerende ervaringen in patiënten met een psychose versnellen.
Achtervolgingswanen
Een ander veel voorkomend symptoom van psychose, dat we vaak in de media zien, zijn de achtervolgingswanen. Mensen met dit symptoom hebben vaak het gevoel dat andere mensen hen willen pijn doen, of dat ze kwalijke gedachten over hen hebben. Door deze beschrijving kun je ook aannemen dat ze relatief vaak voorkomen in de algemene bevolking (10-15%). Echter, de mate waarin ze voorkomen kan erg verschillen tussen mensen.
Onderzoek liet zien dat mensen met deze wanen over het algemeen minder stabiele en ondersteunende verzorgers hadden in hun kindertijd. Zo komt het vaker voor dat iemand die wanen heeft ontwikkeld in zijn volwassen leven, grootgebracht werd in een instelling of verwaarlozing heeft gekend. Ook onveilig gehecht zijn werd in het onderzoek geassocieerd met wanen (en niet met hallucinaties). Dit verrast ons weinig aangezien psychologische literatuur ons steeds blijft bevestigen hoe belangrijk vroege relaties zijn voor de ontwikkeling van vertrouwen in en gezonde relaties met anderen. Echter, het is niet omdat het moeilijker is voor mensen om vertrouwen op te bouwen in anderen wanneer ze zelf diegene waar ze het meest afhankelijk van waren niet konden vertrouwen, dat het onmogelijk is om dit alsnog te ontwikkelen!
Wat zijn we hiermee?
Het meest waardevolle gevolg van onderzoek als dit is dat het een meer persoonlijke benadering van psychiatrische behandeling mogelijk maakt. Wanneer clinici weten hoe verschillende mechanismen leiden tot specifieke symptomen, kunnen zij hun patiënten effectiever behandelen. Men moet echter ook bedenken dat het echte leven vaak veel ingewikkelder is dan statistisch significante resultaten. Mensen met psychose hebben vaak meerdere verschillende symptomen (die soms ook samenhangen), en het is moeilijk om iemands levensverhaal te herleiden tot één gebeurtenis die hem of haar is overkomen. Toch kan onderzoek als dit ons helpen te begrijpen hoe het verband tussen trauma en psychose eruitziet en wat ons dat leert voor preventie en interventie van mensen met psychose(gevoeligheid).
Voor extra wetenschappelijke en toegankelijke informatie rond psychose kan je het boek bestellen; Psychose begrijpen in 33 vragen
Reacties: