
Mirthe Luijsmans is doctoraatsonderzoeker aan het Centrum voor Contextuele Psychiatrie (CCP). In haar onderzoek richt ze zich op het ontwikkelen van digitale interventies voor zelfverwonding in het dagelijks leven.
In deze blog vertelt Mirthe over de toename in kwalitatief onderzoek om de stem van mensen met geleefde ervaring te integreren. Door actief samen te werken met mensen met een doorleefde ervaring brengen we hun perspectieven rechtstreeks in de onderzoekspraktijk.
De focus op enkel het ‘meten’ evolueert
Het psychologisch onderzoeksveld heeft sinds haar ontstaan de focus gelegd op het meten van menselijk gedrag om het op die manier beter te begrijpen. Men ontwikkelde daarom verschillende meetinstrumenten, zoals vragenlijsten, of probeerde het menselijk gedrag beter te begrijpen via experimenten. Ook in ons lab ligt de focus voornamelijk op het meten van menselijke gedragingen in het dagelijks leven via de Experience Sampling Method (ESM). Maar we zien de focus op enkel het ‘meten’ stilaan evolueren.
De stem van mensen met geleefde ervaring
Binnen het CCP hechten we meer en meer belang aan de stem van mensen met geleefde ervaringen, om dankzij hun inzichten onderzoek beter af te stemmen op de klinische praktijk. We doen dit door middel van kwalitatief onderzoek. Kwalitatief onderzoek richt zich op het (beter) begrijpen van menselijke ervaringen, gedragingen, motieven en sociale contexten. Kwalitatief onderzoek staat tegenover kwantitatief onderzoek, doordat het niet focust op cijfertjes en statistieken, maar zich richt op het begrijpen en opdoen van diepgaande inzichten, door middel van interviews, focusgroepen of observaties. Het doel is om de betekenis van hoe mensen situaties beleven of interpreteren beter te begrijpen. Kort gezegd, kwalitatief onderzoek zoomt in op het waarom en hoe achter menselijk gedrag.
Kwalitatief onderzoek binnen CCP
Ons lab zette bijvoorbeeld Youth Advisory Panels (YAPs) op binnen de grootschalige SIGMA -studie, waarin over meerdere jaren verschillende aspecten van dagelijkse leven van tieners en hun welzijn werd onderzocht. De YAPs bestonden uit twee groepsgesprekken met jongeren die deelgenomen hadden aan de SIGMA-studie en een groep met lagere socio-economische status. In de gesprekken bespraken ze mentale gezondheid in het algemeen (bijv.: ‘Wat betekent mentale gezondheid voor jou?’), methodologische vragen (bijv.: ‘Wat denk jij over deze vragenlijsten?’) en onderzoeksprocedures (bijv.: ‘Wat zie jij als obstakels om deel te nemen aan wetenschappelijk onderzoek?’). Naast deze specifieke vragen, lieten de onderzoekers ruimte voor de jongeren om zelf topics naar voren te brengen. Dankzij deze groepsgesprekken kreeg ons lab beter zicht op ervaringen van jongeren, om op die manier toekomstig onderzoek beter af te stemmen op wat voor jongeren relevant, haalbaar en ondersteunend is.
Kwalitatief onderzoek in ervaring met psychose
Ook ander kwalitatief werk binnen onze onderzoeksgroep levert waardevolle inzichten op, bijvoorbeeld in ervaringen met psychose. Zo bracht collega onderzoeker Zeynep Akcaoglu het perspectief van mensen met psychose in kaart rond sociale ontkoppeling of disconnectedness – een thema dat voor hen als een belangrijke factor werd gezien in het begrijpen van én omgaan met psychose. Daarnaast onderzocht een andere collega, Lena De Thurah, hoe deze groep denkt over de implementatie van ESM, Experience Sampling Method, in de klinische praktijk voor psychose. Haar kwalitatieve studie bracht zowel het potentieel van ESM aan het licht, zoals het vergroten van bewustzijn en de controle over hun mentale gezondheid, alsook bezorgdheden rond het monitoren van iemands eigen mentale gezondheid.
Mensen die er het meest baat bij hebben, betrekken
Meer en meer willen we binnen ons lab kwalitatief onderzoek ook inzetten om digitale interventies te ontwikkelen en te verbeteren, zodat ze beter aansluiten bij wat mensen nodig hebben. Op die manier hopen we dat deze interventies mensen beter kunnen ondersteunen om ook buiten de therapiekamer aan de slag te gaan. Mijn doctoraatsonderzoek zal zich focussen op hoe mensen met geleefde ervaring van zelfverwonding kijken naar digitale interventies. Wat zijn volgens hen hier de voor- en nadelen van? En op wat moet zo’n interventie zich net focussen? Hoe moet het eruit zien? En wat met het aantal meldingen per dag? Een digitale interventie ontwikkelen brengt duidelijk veel vragen met zich mee waar mensen met geleefde ervaring waardevolle antwoorden op kunnen bieden. Hun betrokkenheid en inzichten, samen met die van therapeuten en mensen uit hun nabije omgeving, kunnen helpen om een digitale interventie zo goed mogelijk te integreren in hun therapieproces. Want hoe kunnen we een digitale interventie implementeren zonder dat de mensen die er het meeste baat bij hebben hun gedacht erover hebben kunnen zeggen?
Geleefde perspectieven maken onderzoek rijker
Meer en meer onderzoekers zien de waarde van zulk kwalitatief onderzoek in, ook mensen binnen de bredere onderzoeksgroep Psychiatrie van de KU Leuven. Zo organiseren we tweemaandelijks een Qualitative Research Club waarin verschillende onderzoekers uit verschillende onderzoeksgroepen hun kwalitatieve onderwerpen meebrengen om ervaringen, moeilijkheden en ideeën te delen. Op deze manier versterken we elkaars onderzoek en zetten we kwalitatief onderzoek meer en meer in de kijker. Deze bijeenkomsten creëren niet alleen ruimte voor uitwisseling en ondersteuning, maar zorgen er ook voor dat kwalitatieve onderzoek meer erkenning krijgt binnen een academische wereld die lange tijd vooral kwantitatieve data op de voorgrond plaatste.
Verschuiving in de manier waarop er aan wetenschap wordt gedaan
De opmars van kwalitatief onderzoek betekent ook een verschuiving in de manier waarop we aan wetenschap doen: minder afstandelijk, meer participatief en aansluitend. Door actief samen te werken met mensen met geleefde ervaring brengen we hun perspectieven rechtstreeks in de onderzoekspraktijk. We gaan niet langer alleen op zoek naar gemiddelden of verbanden, maar luisteren naar verhalen, nuances, emoties en ervaringen om die gemiddelden en verbanden nog beter te begrijpen. Dat maakt ons onderzoek niet alleen rijker, maar ook bruikbaarder in de praktijk.
Het team van het Centrum voor Contextuele Psychiatrie (CCP) onder leiding van Professor Inez Germeys verzorgt regelmatig een blog over nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap op het gebied van psychiatrie in het algemeen en psychose in het bijzonder (X: @ccp-leuven; @inezgermeys).
Meer blogs van CCP kan je ontdekken via deze link
Link naar Aantal jongeren met psychische klachten niet gestegen door coronaregels.
Eerdere SIGMA blog
Reacties: